Lang geleden was het smerig
Vroeger was het leven in Nederland niet altijd zo schoon en fris als nu. Lang geleden was het smerig in de straten. Mensen gooiden hun afval gewoon op de grond en er waren geen vuilnisbakken zoals we die nu kennen.
De riolen waren primitief en er was veel stankoverlast. Het water in de grachten was vervuild en er dreigde regelmatig een uitbraak van ziektes. Mensen wasten zich nauwelijks en droegen vaak vieze kleren. Hygiëne stond nog niet hoog op de agenda.
Gelukkig is er in de loop der tijd veel veranderd. Er kwamen steeds meer regels en wetten om de hygiëne te verbeteren. Er werden vuilnisophaaldiensten opgericht en er werden riolen aangelegd. Ook kwamen er steeds meer openbare toiletten en badhuizen. Langzaamaan werd Nederland schoner en gezonder.
Tegenwoordig hebben we het geluk dat we kunnen genieten van een schoon en fris land. De straten zijn netjes en er wordt regelmatig schoongemaakt. Het water in de grachten is helder en er zijn geen ziektes meer die dreigen uit te breken.
Het is goed om af en toe stil te staan bij hoe het vroeger was. We mogen trots zijn op de vooruitgang die we hebben geboekt op het gebied van hygiëne. Laten we er met zijn allen voor zorgen dat ons land schoon en gezond blijft, zodat ook toekomstige generaties kunnen genieten van een prettige leefomgeving.